De Kortste Weg

Terwijl Nederland op z’n kop staat vanwege de stikstofcrisis en ontevreden boeren de boel blokkeren, blijft een klein deel van de landbouwers onderbelicht. Maar juist die boeren hebben helemaal geen aandeel in de oorzaak van de stikstofcrisis, omdat ze anders werken. Alleen zijn ze te klein om echt gehoord te worden. Dit terwijl hun verhaal wel degelijk hout snijdt.

Wouter van Wijk

“Ik baal van die protesten,” zegt Freek van Leeuwen, eigenaar van kaasboerderij de Vierhuizen in Leidschendam. “Het is hard tegen hard, daar ben ik niet van. Maar we krijgen het wel op ons bordje.” Van Leeuwen is bang voor een herhaling van de fosfaatcrisis van twee jaar geleden. Die kreeg veel minder aandacht, maar was voor biologische boeren een ramp. “Wij hebben flink moeten dokken om de intensieve landbouw overeind te houden.”

Wat is het probleem? Door hun manier van werken hebben kleine, biologische boeren als Van Leeuwen veel minder uitstoot van fosfaten en stikstof dan boeren die intensief werken, met veel meer dieren per hectare en minder oog voor de natuur. Tijdens de fosfaatcrisis nam de overheid drastische maatregelen om problemen op te lossen. Die waren enorm nadelig voor boeren die biologisch werken. Roel van Buuren van boerderij Landlust in Maasland: “Het was een probleem van te veel mest per hectare, waar Nederland een uitzondering binnen de EU voor heeft. Wij hebben niet te veel mest per hectare, omdat we anders werken. Heel bijzonder dat je dan toch wordt aangepakt.”

Groei, groei, groei
Kees van Gaalen van kaasboerderij Noorderlicht legt uit: “Wij hebben geen last van de stikstofcrisis. Dat komt omdat we een andere weg zijn ingegaan. Andere boeren werken alleen maar aan groei, groei, groei. Wij werken biologisch-dynamisch. Niet met kunstmest. Geen eiwitrijk voedsel. Veel minder dieren per hectare.”

Boeren die in Nederland intensief werken, met grote stallen en veel dieren, moeten wel kunstmest gebruiken en de beesten krachtvoer geven. Anders levert het niet genoeg op om de investeringen terug te verdienen. Maar dat heeft gevolgen voor de uitstoot. ,,Onze dieren produceren rond de 130 kilo stikstof per hectare, in de vorm van mest en urine. Een gangbaar bedrijf gemiddeld 230 tot 250 kilo. En soms nog aanzienlijk meer”, zegt Van Leeuwen. “Koeien die in de wei staan, stoten heel weinig ammoniak uit. In de stal komt poep en plas samen, dat geeft een chemische reactie, waar ammoniak bij vrij komt.”

Freek van Leeuwen

Techniek voorop
Van Buuren: “De oplossing in de intensieve landbouw moet dan al gauw technisch zijn. Schaf een luchtwasser aan. Of een emissiearme vloer. Dan blijkt later dat die helemaal niet zo gunstig is voor de uitstoot. Er zijn er zelfs een paar ontploft! Met dode dieren en al! Voor dat soort dingen moet je zo een ton investeren. En ze zijn gemaakt om koeien binnen te houden. Dat wil ik niet.”

De oplossing is volgens hem eenvoudig en een stuk natuurlijker: “Wij werken met de weidegang. Kost eigenlijk niets, maar daar verdienen de grote toeleveranciers en banken niets aan hè? De wetgeving stuurt heel vaak op dure oplossingen. Wageningen Universiteit ook. De Rabobank zit daar, Campina en Unilever ook. Er is geen ruimte voor natuurinclusieve landbouw. Ja, nu een beetje, omdat het niet anders kan.”

LTO
Dat die wetgeving vooral op grote, intensieve bedrijven is gericht, wijten de boeren ook aan landbouworganisatie LTO. Veel biologisch werkende boeren zijn er daarom niet bij aangesloten, of hebben hun lidmaatschap opgezegd. Van Leeuwen: “Tijdens de fosfaatcrisis zijn er heel veel biologische boeren afgehaakt bij LTO. Terecht. Wij moesten maar solidair zijn.” Van Gaalen: “De LTO is er alleen maar voor de intensieve landbouw. Nu is Aalt Dijkhuizen ook weer voorzitter van de groep die een advies moet geven. Die man is alleen maar voor rücksichtslos modernere, grotere, intensievere landbouw. Die kijkt alleen naar schaalvergroting.”

Gedeputeerde op bezoek
Van Leeuwen, Van Buuren en Van Gaalen vrezen de nieuwe wetgeving, maar zijn ook voorzichtig positief. Van Leeuwen: “Wij zitten onwijs ons best te doen, maar er wordt niet gekeken naar de verschillen. De goeien moeten maar onder de kwaaien lijden, zo lijkt het.” Al heeft hij wel hoop, meer dan tijdens de fosfaatcrisis. Hij kreeg onlangs gedeputeerde Bom-Lemstra op bezoek. ,,Met een klein legertje ambtenaren. Ze stonden open voor ons verhaal, dat is al heel wat. Ik hoop dat er ook iets goeds uitkomt.”

De goeien moeten maar onder de kwaaien lijden, zo lijkt het

Freek van Leeuwen

Van Buuren ziet dat ook: “Er is nu zeker meer aandacht voor onze manier van landbouw bedrijven dan twintig jaar geleden. Steeds meer mensen komen op ons bedrijf kijken hoe we het doen, en waarom. Ik verwacht daarom ook dat er in het nieuwe beleid beter wordt gekeken naar de lange termijn. Hopelijk komen er niet meer van die generieke maatregelen.”

Van Gaalen: “Bij het maken van beleid is er nog nooit naar biologisch boeren gekeken, of naar grondgebonden bedrijven. Als je wilt dat we schoon produceren, moet je de bedrijven die dat al doen natuurlijk vrij stellen. Dan moet je niet streven naar bedrijven met honderden koeien. Dan moet je werken zonder kunstmest, met minder, of zonder krachtvoer. In de nieuwe regels gaat het ongetwijfeld weer over grote dure technische oplossingen. Grote kans dat biologische boeren daar dan ook aan moeten voldoen. Terwijl onze uitstoot al heel laag is. Remkes heeft geadviseerd om de boeren die goed bezig zijn, te ontzien. Maar ik houd mijn hart vast.”

Ook enthousiast over de korte keten? Bekijk dan hier bij welke aanbieders je in jouw regio terecht kunt en bestel direct een proefpakket om de smaak van de korte keten zelf te ervaren!

Op zaterdag 14 september is tijdens de jaarlijkse Prinsjesmarkt in Den Haag de campagne ‘De Kortste Weg’ van start gegaan. Met deze campagne worden consumenten uit Zuid-Holland opgeroepen om vaker te kiezen voor voedsel uit de regio. “Die keuze levert namelijk veel voordelen op”, zegt Alex Ouwehand, directeur van de Natuur- en Milieufederatie Zuid-Holland en een van de initiatiefnemers. “De impact op het milieu is lager, het stimuleert duurzame landbouw, boeren en producenten ontvangen een eerlijke prijs en consumenten kunnen kiezen uit een gevarieerd aanbod van gezonde en verse producten.” Deze lokale producten zijn rechtstreeks bij boeren te koop maar ook te bestellen via de website dekortsteweg.nl. Het officiële startsein voor de campagne werd in Den Haag gegeven door Jan Duijndam (een van de deelnemende boeren) en de gedeputeerde van de provincie Zuid-Holland, Adri Bom-Lemstra, die daar het eerste proefpakket in ontvangst nam.

“De grenzen van onze huidige voedselproductie komen in zicht”, zegt Ouwehand. “Het klimaat verandert, de bodem degradeert, insecten sterven uit, schoon water wordt schaars en boeren klagen over te lage prijzen voor hun producten. Daarom moeten we ons voedselsysteem radicaal veranderen. Een eerste stap in die voedseltransitie is om producten die zijn geproduceerd in een bepaalde regio, daar ook zoveel mogelijk te verhandelen.” Boer Duijndam: “Dit zorgt voor gelijkwaardiger relaties tussen boer en consument en creëert een gevoel van betrokkenheid. Dankzij de eerlijke prijs die wij hier voor onze producten ontvangen, krijgen we meer ruimte om met respect voor dieren, het landschap en biodiversiteit ons werk te doen.” Zo wordt duurzame landbouw gestimuleerd.

Ook gedeputeerde Bom-Lemstra is blij met het initiatief. “Ik steun dit project van harte. Het sluit aan bij de ambitie van de provincie: gezond, duurzaam en betaalbaar eten voor iedereen. Het draagt uiteindelijk ook bij aan een mooier en gezonder landschap. Door De Kortste Weg te kiezen, en dus lokale producten te eten, draag je hieraan bij. Bovendien smaakt het nog fantastisch ook!” Wie via De Kortste Weg en deelnemende aanbieders producten koopt, draagt met elke aankoop bovendien bij aan meer natuur in Zuid-Holland.

Ook enthousiast over de korte keten? Bekijk dan bij welke aanbieders je in jouw regio terecht kunt en bestel direct een proefpakket om de smaak van de korte keten zelf te ervaren.